newest-header

Hoe denken Yolŋu over anderen die de didgeridoo spelen?

“Het is prima, gewoon omdat mensen nu eenmaal willen leren. Het is tijd om de kennis van Yolŋu and Ŋäpaki te delen.”

Djambawa Marawili
Madarrpa clan leader

Geen enkele van de bij dit project betrokken Yolŋu menen dat de didgeridoo uitsluitend door zijn traditionele eigenaars mag worden bespeeld. Sommigen vragen zich hierbij wel af waarom anderen het instrument zouden willen gebruiken en begrijpen noch genieten van de klanken die door buitenstaanders op de didgeridoo wordt voortgebracht.

Er zijn Yolŋu die de yiḏaki zien als een gift aan de wereld terwijl anderen van mening zijn dat het instrument van ze is geroofd en verspreid zonder toestemming en zonder respect voor de heilige oorsprong.

Hoe het ook zij, het feit is geaccepteerd en recreatief spelen staat voor iedereen vrij. Vele Yolŋu putten vreugde uit de wetenschap dat er iets van hun cultuur de wereld heeft geënthousiasmeerd. Dus speel met plezier!

Baḏikupa vindt het prima dat mensen van Yolŋu willen leren.

Buwathay – Het is tijd om van elkaars culturen te leren.

Djalu’ over de samenkomst van Yolŋu en niet-Yolŋu mensen en klanken.

De meningen zijn hoe dan ook verdeeld; welke stijl zouden niet-Yolŋu didgeridoo spel mogen hanteren? Veel mensen zoals Djalu’ Gurruwiwi en Burrŋupurrŋu Wunuŋmurra menen dat het is toegestaan voor buitenstaanders om elk willekeurige stijl te hanteren, inclusief yiḏaki stukken uit Yolŋu manikay ceremonies, of songs. Djalu’ heeft zelfs twee instructie CD’s gemaakt waarmee iedereen yiḏaki stukken van Gälpu clan manikay kan aanleren. Hij is van mening dat mensen op de juiste manier moeten leren spelen, en dat houdt in het spelen van de toepasselijke songs op de toepasselijke wijze met de beste techniek. Het komt zelden voor dat Djalu’ aan het “jammen” gaat of zelfs maar improviseert. Hij speelt uitsluitend traditionele songs. Maar de lessen die Djalu’ geeft houden niet in dat hij ervan uitgaat dat iedereen waar ook ter wereld telkens hem gaat nabootsen. Hij weet dat verschillende mensen hun eigen stijl hebben ontwikkeld, ieder voor zich. Hij moedigt leerlingen dan ook aan om van zijn stijl te leren en er vervolgens een mix te maken die het midden is tussen de stijl van Djalu’ en hun persoonlijke stijl.

Djalu’ verklaart dat de manikay toebehoren aan zijn volk, maar dat het geluid van de yiḏaki voor iedereen bedoeld is.

Djambawa maakt zich geen grote zorgen. De diepere betekenis van Yolŋu manikay gaat buitenstaanders toch ver te boven.

Baḏikupa – de op CD gezette songs zijn voor iedereen – zelfs voor de honden.

Anderen zijn het hier mee oneens; zij houden de sacrale songs van hun clans liever dichtbij de bron. Ze vragen zich wellicht af “waarom iemand aan de andere kant van de wereld onze heilige songs zou moeten spelen, zonder context en zonder de diepere betekenis ervan te doorgronden?” Ze zullen er bovendien bang voor zijn dat de kracht van deze songs wordt aangetast door de verspreiding over de wereld en door het gebruik ervan door mensen die de songs niet begrijpen.

Dhukaḻ – Het overnemen van Yolŋu manikay is domweg stelen.

Wukuṉ valt hem bij. Manikay is heilig voor Yolŋu.

Wukuṉ benadrukt dat mensen wel degelijk mogen blijven leren van Yolŋu, maar dat ze daarna hun eigen persoonlijke ideeën en stijlen moeten ontwikkelen.

Onder die tegenstanders zijn echter ook mensen die van mening zijn die dat wanneer iemand wil leren spelen, dat ze dit op de juiste manier dienen te leren – op de Yolŋu manier. Dit werd door zowel Milkayŋu Munuŋgurr als de jongere Yarrŋu Gondarra en Gurraramawuy Munyarryun verkondigd. Hun visie komt erop neer dat buitenstaanders Yolŋu technieken dienen te leren, maar geen hele Yolŋu songs. Mensen kunnen hun eigen songs maken uit de juiste fundamenten in de traditionele oorsprong van het instrument. Ze integreren Yolŋu technieken in andere muziekstijlen. Jongere Yolŋu mannen en jongens improviseren graag voor de lol, in tegenstelling tot de oudere mannen. Het eindresultaat zou weleens vergelijkbaar kunnen zijn met de mix van stijlen die Djalu’ zo aanmoedigt.

Dit is de grondgedachte – ongerustheid over het delen van Yolŋu songs, maar de ondersteuning in het delen van de Yolŋu speltechniek – die heeft geleid tot het maken van de instructie-CD van Milkayŋu Munuŋgurr: Hard Tongue Didgeridoo. Deze CD biedt oefenstof voor het aanleren van de basistechnieken van de Yolŋu speelstijl zonder dat het complete Yolŋu songs aanleert. Het geeft een goed inzicht in Yolŋu spel waarop men verder kan bouwen door middel van nadere studie of waarmee men aan een geheel eigen stijl kan werken. Integratie van Yolŋu technieken zonder dat iemand er aanstoot aan zou kunnen nemen dat iemand een Yolŋu song lijkt na te spelen.

Overigens is het natuurlijk ook zo dat sommige stellig beweren dat buitenstaanders helemaal geen Yolŋu technieken zouden mogen aanleren. Eén van deze Yolŋu, Wukun Wanambi, meent dat als iemand ergens ter wereld graag yiḏaki wil spelen, hij zou moeten starten bij zijn eigen muziekcultuur en de inspiratie uit zijn eigen omgeving moet halen. Ze zouden gewoon moeten beginnen met het instrument en zich laten verrassen door wat het voortbrengt.

Wukuṉ – zoals Yolŋu hun yiḏaki stijl hebben ontwikkeld uit hun heilige gebieden, zo moeten anderen het ontwikkelen uit hun omgeving.

Wukuṉ – start een bandje, gebruikt de didgeridoo in de muziek van je eigen cultuurgebied.

Baḏikupa vindt het een goed idee om de didgeridoo op je eigen manier toe te voegen aan jouw muziek.

Ondanks de verscheidenheid aan opvattingen is het raadzaam om, met het oog op respect voor de Yolŋu als geheel en niemand in het bijzonder te willen beledigen, je doen en laten te baseren op de gevoelens van hen die het minst genegen zijn om ergens toestemming voor te geven. De verschillende stemmen, meningen, gevoelens zijn er om te worden aangehoord, overdacht en om te vormen tot een eigen besluit. Als je Yolŋu muziek wilt leren spelen dan weet je dat elke Yolŋu je zal vertellen dat je er geen copyright over hebt, dus dat je het niet mag opnemen, uitvoeren of het iemand anders mag leren tenzij je heel gerichte afspraken hierover hebt weten te maken. Zoals gebruikelijk is het het beste om respectvol, beleefd en op je hoede te zijn en je terughoudend op te stellen tegenover de Yolŋu waarmee je verkeert. Maar bovenal: doe niets in je eigen land en omgeving waarvan je voelt dat je het niet zou doen als Yolŋu je dit konden zien doen. Herinner je de woorden van Dhukaḻ, en verzin iets om terug te kunnen schenken aan de Yolŋu.

Dhukaḻ – geef er iets voor terug.